Iedereen past zich aan aan anderen. Zelfs als je je afzet tegen een ander, pas je je eigenlijk aan. Je gebruikt de ander immer als uitgangspunt in plaats van jezelf. In een relatie gaat aanpassen vaak zonder dat je daar nou zo bewust voor kiest.
Je past je aan omdat het makkelijk is, omdat je dicht bij de ander wilt zijn, omdat je niet houdt van ruzie, omdat je het gezellig wilt houden of omdat je de ander gewoon graag een plezier doet.
Aanpassen is een belangrijke vaardigheid. Het is goed om je te kunnen aanpassen. We leren op allerlei plaatsen om ons aan te passen. Als kind passen we ons aan aan onze ouders. Pure noodzaak, hoe beter we ons aanpassen, hoe meer kans dat onze ouders ons de liefde aandacht en bevestiging geven waar we naar hunkeren.
Op school passen we ons aan: hoe beter we ons aanpassen, hoe groter de kans dat we erbij horen, mee mogen doen, de leuke klusjes krijgen van de meester en de juf, uitgenodigd worden op de leukste feestjes. Later op je werk ook superhandig als je je kunt aanpassen aan de heersende bedrijfscultuur en de verwachtingen van je leidinggevenden.
Vrouwen krijgen als ze moeder worden een extra scholing in aanpassen: eerst moeten ze hun lichaam delen met een onbekende. Daarna moeten ze zich aanpassen aan hun baby. De baby gaat immers dood als je die niet op tijd te eten geeft, verluiert en aandacht geeft. Hoe het op dat moment met je igen grenzen zit, is eigenlijk niet belangrijk. Je moet er wel overheen gaan. Het kind staat immers centraal, niet jouw verlangen naar slaap of onafgebroken een boekje lezen.
Daarom worstelen vrouwen vaak op meer niveaus met het aangeven van hun grenzen dan mannen. Als de kinderen groter worden, hebben zij de taak om hun eigen grenzen weer terug te vinden en te leren ze de ervaren, aangeven en handhaven.
Bij de meeste mensen komt een moment in hun leven dat ze merken dat anderen geregeld over hun grenzen gaan. En dat ze eigenlijk niet weten hoe ze hun grenzen kunnen aangeven. Een leven van aanpassen heeft hen niet geoefend in ‘nee’ zeggen, in discussies aangaan of ermee omgaan om onaardig gevonden te worden. Ze kunnen niet echt voor hun eigen punt gaan staan, laat staan ruzie maken. Ook in onderhandelen zijn ze meestal geen helden, omdat ze beginnen bij het door hen te verwachten compromis in plaats van te vertellen wat ze zelf willen. De ander KAN dus eenvoudigweg op die manier geen rekening met ze houden.
Grenzen aangeven kun je leren!
In een individuele gesprek of een workshops kan ik je leren om je grenzen beter aan te geven. Kijk hier in de agenda voor de eerstvolgende workshop.